Op voorhand lag in deze editie van de Gelderse Derby de focus uiteraard op “kind van NEC” Navarone Foor, die deze zomer onder het mom van sportieve progressie schaamteloos koos voor het grote geld bij de arneppers. Afgezien van dit onsmakelijke akkefietje bleef de Derby lange tijd nogal onderbelicht, want er is bij onze club de laatste tijd zo veel gedoe en gehannes dat zelfs een affiche als NEC-vistas een bijzaak wordt. Toch draafden de fans weer in groten getale op bij de laatste training en werd met een fraai rood-groen rookgordijn de passie weer aangewakkerd. En dus werden we vanochtend toch weer wakker met een extra kriebel in de buik en een gezonde mix van enthousiasme en bezorgdheid. Enthousiasme omdat je hoopt dat deze wedstrijd altijd toch wat extra’s wakker maakt bij spelers en publiek; bezorgdheid omdat NEC op dit moment op papier tenminste toch kwalitatief flink wat lager moet worden ingeschat dan de ploeg aan de overzijde van de Waal.
Hyballa besloot vandaag om Grot in de ploeg te brengen voor Ofosu, wellicht met het idee dat Grot als NEC telg in de Derby wat extra’s kan brengen en ook het publiek wat meer binding met de ploeg kan geven. NEC gokte op knokken en strijden om het kwaliteitsverschil te compenseren en dat lukte lange tijd aardig, in dat opzicht dat er in de eerste helft eigenlijk aan beide kanten nauwelijks een uitgespeelde kans te noteren viel. De eerste gele prent was voor Bikel nadat Nakamba, die nota bene zelf eerder al een kaart had moeten krijgen voor een fikse tackle op Breinburg, met groot misbaar kermend over het veld ging rollen na een clash met de Portugees en vervolgens opvallend snel weer op de been was. Na een rommelige openingsfase was het echter wel NEC dat langzaam de overhand kreeg in het duel. Von Haacke had de beste kans met een geplaatst schot in de hoek waar Room nog maar ternauwernood bij kon. Maar toen was daar opeens Foor.