De Goffert

Inleiding
“Midden in de stad Nijmegen speelt ons eigen NEC!” Eén van de aspecten van onze club waar de gemiddelde NEC’er erg trots op is, is natuurlijk de thuisbasis. Niet voor niets verwijst een onder NEC’ers (vooral in de jaren negentig) populair liedje naar het Goffertpark met het stadion, dat in het geografische midden van Nijmegen ligt. Op de plek waar in het verleden de immense betonnen bak met een capaciteit van 30.000 toeschouwers stond, is tegenwoordig een modern(er) stadion te vinden waar onze club zijn thuiswedstrijden afwerkt. Al wordt ook alweer nadrukkelijk gesproken over een uitbreiding van het bestaande stadion (en zelfs – tot schrik van velen – over een verhuizing naar een bedrijventerrein zoals al menig club die heeft moeten ondergaan).

De Bloedkuul
Eén van de belangrijkste redenen dat NEC’ers, en eigenlijk Nijmegenaren in het algemeen, zo trots zijn op de Goffert is de geschiedenis er van. Want hoe rustig en mooi het park met stadion nu is, zo duister en bloederig is de geschiedenis ervan. In de crisistijd van de jaren dertig heerste grote werkloosheid. Een geijkte methode om daar iets aan te doen waren de werkverschaffingsprojecten. Zonder daarin een echte keuze te hebben, werkten duizenden werklozen mee aan de aanleg van het park en vooral, het stadion. Een enorme kuil moest uitgegraven worden en natuurlijk gebeurde dat volledig met de hand. In 1939 werd het stadion geopend en wel door prins Bernhard.Vrij recent is in het Goffertpark een monument onthuld dat herinnert aan dit verleden. Hoewel vaak wordt gezegd dat het een vergeten deel van het Nijmeegse erfgoed is, leeft de herinnering aan deze geschiedenis onder veel NEC-supporters wel degelijk voort. Al was het maar in de bijnaam van het stadion: De Bloedkuul.

De beginjaren
Thuisbasis van NEC was de Goffert destijds nog niet.Pas in 1942 speelde NEC de eerste wedstrijd in de Goffert. Bij wijze van proef werd de derby tegen Quick in het nieuwe stadion afgewerkt; 15.000 toeschouwers waren er getuige van. Het duurde tot het einde van de Tweede Wereldoorlog voordat NEC definitief verkaste naar de Goffert. De thuishaven aan de Hazenkampseweg was door de oorlog vernield en NEC moest dus wel uitwijken. In die jaren waren de prestaties zeer wisselend. Toen al was duidelijk dat De Goffert een stadion met twee gezichten was. Met volle tribunes een wervelend podium, maar anders een lege, toch wat sfeerloze bak. Dat beeld bleef tot aan de grote verbouwing eind jaren negentig onlosmakelijk aan het stadion verbonden.

De kleine verbouwingen
Door de jaren heen onderging het stadion wel enkele gedaanteveranderingen. In 1955 kreeg de Goffert al verlichting, maar in de jaren zeventig werd het stadion echt goed onder handen genomen. De Hazenkamp werd overdekt en er werden hekken geplaatst in het stadion. Eerst stonden die, in elk geval bij de zittribunes, nog rond het veld, dus beneden aan de wielerbaan, later, toen in 1989 tijdens de promotie veel supporters via de Hazenkamp op het veld stonden, werden ze overal direct onder de tribunes geplaatst. Ook op andere punten werd er aan de Goffert gesleuteld, maar in de kern bleef de betonnen bak, waar de één van hield en de ander haatte, bestaan.

De functie
Tegenwoordig is het erg hip een stadion te bouwen dat voor meerdere doeleinden kan worden gebruikt. Zo’n stadion heet dan al gauw multifunctioneel, waardoor het gefinancierd kan worden uit allerlei potjes buiten de vaak dieprode bankrekeningen van de clubs om. De oude Goffert was echter al multifunctioneel voordat het woord überhaupt bestond. Natuurlijk, in de kern was het een voetbalstadion en daarvoor werd het ook in hoofdzaak gebruikt. Maar het bleef daar niet bij. Tot op de dag van vandaag is de Goffert het toneel van de Vlaggenparade, de feestelijke opening van de Vierdaagse. De ene trots van Nijmegen ontmoet dan de andere en duizenden toeschouwers zien dan de militairen en andere deelnemers aan het wandelevenement in vol ornaat voorbij trekken. Naast de Vlaggenparade was de Goffert vroeger ook met enige regelmaat gastheer van allerhande wielerwedstrijden, met of zonder derny’s. Hoewel de grijze strook tussen veld en tribune vaak slechts als groot nadeel van het stadion werd gezien, had ook de wielerbaan dus een functie. Erg spectaculair waren de motorcrosswedstrijden die ook nog weleens in het stadion werden gehouden. Zelfs de tribunes werden dan onderdeel van het parcours. De motoren reden letterlijk de tribune op en af! Verder werd er gehonkbald, geschaatst en gehandbald in de Goffert, er waren atletiek- en rugbywedstrijden, een autospeedway en paardensport te zien. Nog opmerkelijker zijn de gymnastiekwedstrijden en windhondenrennen die ooit ook nog in de Goffert zijn gehouden. Ten slotte was de Goffert ook het toneel van concerten, zoals dat van Metallica en AC/DC. De meeste muzikanten kozen echter voor de Goffertwei, dat ook nu nog regelmatig geteisterd wordt door grote aantallen het gras beproevende bezoekers en, meestal, snerpende gitaarsolo’s.

Natuurlijk werd er ook gewoon gevoetbald in het stadion. Een absoluut hoogtepunt was de Europacupwedstrijd tegen Barcelona op 19 oktober 1983. Na een 2-0 voorsprong werd alsnog met 2-3 verloren. Het stadion zat toen met 28.000 toeschouwers tot de nok toe vol. Voor zover wij kunnen nagaan staat het record overigens op 32.000, welk aantal werd bereikt op 21 april 1968 voor de wedstrijd tegen Ajax. Naast die van NEC vonden ook andere ontmoetingen plaats in de Goffert. Quick, SCH en Union speelden in de Goffert, het Venlose VVV heeft er een enkele thuiswedstrijd gespeeld en, tegenwoordig is het eigenlijk ondenkbaar, zelfs aartsrivaal Vitesse werkte in het verleden een tweetal thuisduels in de Goffert af. Ook het Nederlands elftal speelde driemaal in de Goffert: twee keer tegen IJsland, in 1977 (4-1) en 1978 (3-0), en één keer tegen Finland in 1975 (4-1). In 2007 zal ons stadion zelfs het toneel zijn van het EK voor spelers tot 21 jaar!

De nieuwe Goffert
Op 20 december 1998 speelde NEC zijn laatste wedstrijd in de oude Goffert. Het was een dieptepunt in de geschiedenis van club en stadion. Er werd met 0-3 van Fortuna Sittard verloren en een deel van de supporters bestormde het veld. De geplande lichtshow kon niet doorgaan en het afscheid van de nostalgische bak van beton werd een anti-climax. In de maanden daarna werd het stadion stukje bij beetje gesloopt. De korte zijden waren het eerst aan de beurt. Gedurende deze overgangstoestand tussen oud en nieuw beleefde NEC nog wel een hoogtepunt door in een half afgebroken Goffert de Arnhemse rivalen in het geel-zwart met 3-1 te verslaan. Doordat het uitvak al afgebroken was en het niet veilig werd geacht de Arnhemse supporters ergens anders in de bouwput onder te brengen, waren er officieel geen uitsupporters aanwezig. Het veroorzaakte een vijandige sfeer waarvan de toenmalige trainer van Vitesse, Herbert Neumann, nu nog steeds weleens bevend schijnt wakker te schrikken. In de zomermaanden werd flink doorgebouwd en in het seizoen 1999-2000 werd de nieuwe Goffert in gebruik genomen. De eerste wedstrijd in de nieuwe Goffert was de bekerwedstrijd tegen Spakenburg, waardoor het nieuwe stadion bij de eerste wedstrijd voor slechts een kwart gevuld was. In januari 2000 werd het officieel geopend met een feestelijke wedstrijd tegen Anderlecht. Het voorlopige hoogtepunt, maar tegelijk ook dieptepunt was de UEFA Cupwedstrijd tegen Wisla Krakow op 15 oktober 2003. Wat een feest had moeten worden, eindigde in een debacle met uitschakeling en drie rode kaarten. Maar waar de oude bak er ruim veertig jaar over deed om het decor te zijn van een Europacupwedstrijd, had het nieuwe stadion er nauwelijks vier jaar voor nodig.

Het huidige Goffertstadion, dat helaas in 2005 de toevoeging McDos kreeg en net als vele andere stadions in Nederland dus ten prooi is gevallen aan de commerciële verkrachting van stadionnamen, heeft na de verbouwing een capaciteit van 12.500 toeschouwers en die zitten er met enige regelmaat. Het ziet er eigenlijk uit als vele andere moderne stadions, zij het met veel mooier gekleurde stoeltjes, al zijn ook die her en der alweer ernstig verbleekt. Je komt als toeschouwer onder de tribunes binnen en dan kun je via de gracht die de tribunes en het veld scheidt op je plaats komen. Naar verluidt heeft ons stadion een hypermodern veldverwarming- en drainagesysteem, maar dat heeft er niet voor gezorgd dat het veld er altijd even mooi bij ligt.

Dat was in het oude stadion, dat in al die tijd dezelfde grasmat heeft gehad, wel anders. Sowieso denken veel supporters met nostalgische gevoelens terug aan de oude Goffert. Het samenklonteren met kleine plukjes in een verder immens, verlaten stadion zorgde voor een gevoel van saamhorigheid dat velen niet terugvinden in het meestal goed gevulde nieuwe stadion. Een klein stukje nostalgie is inde nieuwe Goffert te vinden onder vak H waar de gedenksteen van Tante Toos een plek heeft gevonden en bij de Hazenkamppoort waar de oude stadionklok kort geleden weer in ere is hersteld. Alhoewel… hij hangt er mooi, maar het is niet aan te raden op de tijd die het gietijzeren uurwerk aangeeft te vertrouwen, want sinds de onthulling ervan in 2004 loopt hij vaker niet dan wel op tijd.

De Eendracht
In 2003 verrees naast het stadion, aan de kant van de Gofferttribune, een nieuw complex met vele toepassingen. De amateurtak vindt er zijn onderkomen, het ROC is er gevestigd en nog een aantal andere sociaal-maatschappelijke instellingen hebben er een plaats gevonden. Maar de Eendracht is voor de NEC-supporter toch vooral een plek waar voor of na de wedstrijd een biertje gedronken wordt. Via het gesloten circuit kan dan de persconferentie worden gevolgd, althans voor hen die het liplezen machtig zijn, want het geluidsniveau laat meestal te wensen over. Om de Eendracht optimaal bereikbaar te maken heeft het stadion zelfs een nieuwe ingang gekregen, ongeveer op de plaats waar vroeger poort 9, oftewel de toegang tot de ouwe Eastside te vinden was.

De nieuwe nieuwe Goffert? Of toch…?
Sinds enige jaren is duidelijk dat NEC meer capaciteit nodig heeft. Qua business faciliteiten barst het stadion al wat langer uit zijn voegen, maar ook qua gewone toeschouwers is dringend uitbreiding nodig. Dáár is zo ongeveer iedereen het wel over eens. Over de manier waarop, maar vooral de locatie waar die uitbreiding plaats moet vinden is veel meer onenigheid. Eind 2007 werden ambitieuze en futuristische plannen voor een nieuw stadion op de bestaande locatie gepresenteerd. Het huidige stadion zou een ring erop krijgen en eromheen zouden andere topsportfaciliteiten, zoals indoorhallen, en een thuisbasis voor maatschappelijke instellingen komen. Het stadion zou 20.000 supporters kunnen herbergen en dat alles zou niet boven de inmiddels befaamde boomgrens van het stadspark uitkomen doordat het bedekt zou worden met een groene grasheuvel. Die boomgrens is immers nog altijd de belangrijkste beperking aan uitbreiding op de door ons zo geliefde plaats in het midden van de stad, al vormt de parkeerproblematiek een goede tweede.

Inmiddels is de discussie weer opgelaaid. Want hoewel nog steeds over dit zogenaamde Huis van de Topsport wordt gedacht, lijkt de populariteit van onze club in stad en regio de plannen alweer te hebben ingehaald. Een capaciteit van 20.000 zou niet toereikend zijn, uit het meest recente onderzoek zou zelfs blijken dat onze club tot 30.000 vaste bezoekers zou kunnen groeien. En hoewel NEC deze voorspellingen terecht meteen afzwakt – het gaat van erg optimistische aannames uit, zoals een structurele plaats bij de top vijf – lijkt een groter aantal plaatsen dan 20.000 toch wel een wens van het bestuur, maar ook van een deel van de supporters. Ook al zou dat betekenen dat we moeten verhuizen naar bedrijventerrein Bijsterhuizen of – zoals een lokaal politicus voorstelde – het kanaal achter wat voorheen het Philips-terrein was. Die keuzemogelijkheid wordt echter bij lange na niet door alle NEC’ers gedeeld. Voor de fanatieke achterban (wij rekenen ons daar voor het gemak ook maar even toe) is het vooruitzicht van NEC op een andere plaats dan de Goffert een schrikbeeld. Na het tenue, het clublogo en de naam van het stadion zou daarmee één van de laatste restanten van wat NEC tot onze club maakt, verloren gaan. Met enige trots wijst dit gedeelte van de NEC-aanhang op het feit dat we één van de laatste clubs in Nederland zijn met een stadion op een historische sfeervolle locatie. Met de Goffert zou de clubcultuur verlaten worden en NEC karakterloos achterblijven. Het moge duidelijk zijn, het laatste woord is hier nog niet over gezegd.

Slot
En zo dreigt het cirkeltje dat rond kwam doordat voor de supporters een ingang werd gecreëerd op de plaats van de oude Eastside toch weer doorbroken te worden. De Goffert, (nu nog) het veruit mooist gelegen stadion van Nederland. Door de krappe toegangswegen en dichte begroeiing beveiligingtechnisch een nachtmerrie (de Nijmeegse hooligan wordt niet voor niets vaak ‘bosjesman’ genoemd). Een stadion met een roemrucht, maar ook duister verleden. Met onwaarschijnlijke hoogtepunten, maar misschien nog wel grotere dieptepunten. Vroeger veelal beschouwd als lelijkste van Nederland, maar geliefd onder veel supporters. Nu een modern, maar misschien wat doorsnee en klein stadion. Sommigen zouden voor geen goud terug willen naar de oude Goffert, anderen schieten al vol van nostalgie bij alleen de gedachte aan die bak van beton. Hoe dan ook, de Goffert is meer dan een stadion, het is een park, het is een geschiedenis, voor sommige arbeiders uit de jaren dertig was het een graf, voor anderen een plek van verliefdheid, en in ieder geval is het een legende. En wat ons betreft is het tot in de lengte der dagen de thuisbasis van de Nijmegen Eendracht Combinatie.

Reageer via DTH Facebook of deel via social media of mail.