Docent sluit zijn privé-voetbalschool

Wimke Meijers houdt ermee op. De oud – prof doceerde negen jaar lang voetbal op zijn eigen privévoetbalschool, maar de animo is voorbij. Meijers had nog een paar pupilletjes over. “Het had geen zin meer.”



Nederland is een opleidingsland bij uitstek, maar privévoetbalscholen zijn dun gezaaid. Er is er weer één minder. Wim(ke) Meijers houdt het na negen jaar voor gezien.

“Pierre Vermeulen in Limburg en John Lammers met Leon Hutten in Brabant, dat waren de enige privéscholen die ik ken”, zegt Meijers: “en ik weet niet eens of die nog bestaan.”

Hij vindt het jammer dat zijn project eindigt met een tekort aan leerlingen op een sportpark waar hij zich niet echt kon vinden. Meijers moest wijken van Papendal en verhuisde met zijn zondagse trainingen naar De Bilderberg in Oosterbeek.

“Tot twee jaar terug had ik elk jaar vijftien, zestien spelers. Daarvan zijn er heel veel bij betaalde clubs terecht gekomen. Talent genoeg, maar de meesten hebben het niet gehaald en zijn weer afgevallen.”

Hij hoopt nog op Theo Groeneveld van Vitesse, een van de jeugdtalenten die jarenlang elke zondag bij hem in de leer was. Meijers is een groot liefhebber van het verfijnde spel. Passeerbewegingen, passen en trappen met links en rechts, voorzetten op maat, de details. En dan oefenen, oefenen en nog eens oefenen.

Zelf was hij een eigenzinnige linkerspits bij Vitesse, NEC, De Graafschap en Roda JC. In het dagelijks leven houdt hij binding met de voetbalwereld als leverancier van medische sportartikelen; van tape en bandages tot massage-olie en slidingbroeken.

Zijn liefde ligt, ook op 55-jarige leeftijd, nog steeds op het veld. Inmiddels woonachtig in Tilburg kan hij het niet meer opbrengen. “Nog drie of vier spelers had ik, financieel was het ook niet meer te doen. De animo werd steeds minder. Ik moest het hebben van mond op mond-reclame. Vaders brachten hun zoon bij mij en dan keek ik of ik er iets in zag. Nee, ik nam echt niet iedereen aan. Hij moet wel talent hebben, anders begin ik er niet aan. Het is jammer dat het zo eindigt”, zegt Meijers: “Misschien vonden mensen het, in deze tijd, ook te duur, dat weet ik niet.”

Uitgedoceerd is Meijers nog lang niet. Hij wil dolgraag actief blijven. “Ik zou graag op het veld bezig blijven, om te beginnen zelfs op vrijwillige basis. Als je het voetbal tegenwoordig ziet, is er nog veel te doen. Alles komt uiteindelijk aan op techniek. Er zijn nog maar weinig spelers die een mannetje kunnen uitspelen en een goede voorzet hebben. Noem mij eens een paar spelers in Nederland met een goede eindpass. Dan kom je al gauw op Martel van Vitesse, Nurmela van Heerenveen, maar die is weg, Van der Meyde van Ajax, ook weg. Ik zou zo gauw niet eens een Nederlandse voetballer in de Nederlandse competitie weten. Mike Zonneveld van NEC heeft een goeie trap, maar die komt weer heel weinig in de positie om een eindpass te geven. Latuheru was een speler met een goede eindpass. Bij Vitesse vanaf de vleugel, bij NEC vanuit het midden, daar had hij ook nog een goed seizoen.”

Het tijdperk Latuheru is voorbij, maar techniek is van alle tijden, belijdt Meijers. “Techniek is de basis van het voetbal. Dat het spel sneller of harder is geworden, maakt niks uit. Optaters kregen wij vroeger ook. Je speelt de bal toch niet terug omdat je tegenstander 1,80 meter groot en breed is? Nee, dan ga je er voorbij, links of rechts en dan moet die voorzet goed zijn. Daar kun je op trainen”, doceert de docent, nu zonder voetbalschool.


Bron: De Gelderlander

Reageer via DTH Facebook of deel via social media of mail.