Blote Belgische billen

Nijmeegs kwartiertje van Jaap van Essen.

Al in de oudheid was het bekend: ‘De boodschap­per van het slechte nieuws is de schul­dige’. Zo denken ze er bij NEC nog steeds over. De afgelopen week werd het oorlog tussen de clubleiding en de mensen van de internetsite ForzaNec.nl. Die site nam een interview af met Björn Vleminckx, de Belgische spits die vooralsnog een betere speerwer­per dan goaltjesdief is.

De sympa­thieke Belg vertelde over zijn eer­ste derby tegen Vitesse. ‘De span­ning van zo’n derby kende ik al wel van mijn tijd in België. Deze keer rie­pen er na de wedstrijd wat mensen din­gen over mijn familie en ja, dan laat je ze even een rode kont zien. Maar eigen­lijk had ik dat niet moeten doen, ik moet er boven staan’.

Inderdaad, Vleminckx liet na af­loop van het uitduel vanuit de spe­lersbus zijn blote billen zien aan Vitesse-fans die niet bepaald aar­dig waren tegen de NEC’ers. Beet­je dom natuurlijk. Maar ja, Vle­minckx is een Belg, het was een derby en hij deed niemand pijn. Bij NEC kreeg men voor publica­tie van het interview lucht van de bovenstaande passage over een ge­beurtenis waarover vreemd ge­noeg verder niemand berichtte.

De persafdeling en zelfs directeur van NEC eisten van Forza dat het stukje niet gepubliceerd zou wor­den. Anders zou de internetsite in de ban worden gedaan. Gelukkig boog Forza niet voor de druk en stelde de journalistieke vrijheid boven de dictatoriale ei­sen van de club. Dat kwam hem donderdag wederom op een woe­dende reactie van NEC te staan.

Dat is natuurlijk te belachelijk voor woorden. Vleminckx liet zijn witte kadetten zien. Als er ie­mand straf moet krijgen, is hij het wel. Dat de mensen van Forza ge­woon hun journalistieke werk de­den, is juist te prijzen. Als NEC voor zulke onbenullige voorval­len de persvrijheid al wil beknot­ten, dan vrezen we het ergste voor de eerlijke publieksvoorlich­ting bij zaken die echt van belang zijn. Zoals de bouw van een nieuw stadion bijvoorbeeld.

Bron: De Gelderlander

Reageer via DTH Facebook of deel via social media of mail.