Column Sjaak: De ideale schoonzonen

Het verhaal van het huidige NEC kon je vandaag in één moment vangen: De 0-2. Een zuivere handsbal zorgt voor een goal. Een enkele speler steekt een hand op en Babos spreidt zijn armen. Wat je verwacht is een compleet team dat kwaad en met een groot gevoel van onrechtvaardigheid verhaal komt halen. De in lichte paniek verkerende scheids gaat vervolgens naar de grens en hoopt ondertussen een seintje te krijgen van de vierde man die hem via het oortje uit deze hachelijke situatie weet te redden. Niks van dat bij NEC. Daar niets anders dan gelatenheid. Het hele elftal staat met het hoofd naar beneden passieloos een nieuwe domper te incasseren als een bokser die voor de tweede keer 10 tellen krijgt en toch al weet dat de wedstrijd over en uit is. Aan niets zie je dat er een team staat dat voor elkaar wil knokken. Niemand die verantwoordelijkheid neemt in het elftal. Zelfs supporters op de tribune voelen het los zand door hun vingers glippen.

Voetballend was het vandaag allemaal niet best, maar het is echt niet zo zwart-wit dat de spelers er opeens geen reet meer van kunnen. Het elftal van NEC kan heus wel voetballen. Natuurlijk is dit wat vreemd om te lezen na de zoveelste nederlaag en toch is het zo. Maar ze lijken gevangen in een systeem, dat niet even ingeruild kan worden voor iets anders als het een keer moet. Veel erger is nog dat als het dan even tegen zit, de mentale kwetsbaarheid van de hele selectie erg opvalt. De selectie bestaat uit ideale schoonzonen die goed hun taken kunnen uitvoeren die de ideale schoonzoon van het trainersgarde voor ze bedacht heeft. In het huidige NEC zit geen speler die de grijze middenmoot ontstijgt. Geen speler die de medespelers even keihard op hun plaats zet, geen speler die zwak spel weet te compenseren met een ijzersterke ‘over mijn lijk’ mentaliteit. Natuurlijk leven we in een andere tijd, maar wat verlang ik weer naar rokende dakdekkers die in het veld nooit verzaakten. Wat mis ik de beperkte spitsen die het bloed onder de nagels van de verdedigers haalden en ouderwets hun kont naar achteren gooiden om de bal bij zich te houden. Spelers die passen bij de volksclub. Noem ze karakterjongens, ratten of bikkels. Het zijn de spelers waarmee supporters zich kunnen identificeren en juist dat is bij een volksclub iets wat beleidsmakers niet moeten onderschatten.

Zie je het somber in, dan is de selectie van NEC niets meer dan een stel taakuitvoerders die voor het uitvoeren van die taken geld krijgen van de club. En als ze die taken goed uitvoeren, dan kunnen ze misschien die stap hogerop maken. Gezonde ambitie heet dat, met NEC als het bekende tussenstation. Maar hoeveel spelers van die selectie zijn nog oprecht trots om voor NEC te mogen spelen? Of voorzichtiger… hoeveel spelers passen echt bij volksclub NEC en zorgen voor die bekende wisselwerking? Een Gentenaar of Demouge is misschien weer het andere uiterste, maar Bjorn Vleminckx is een voorbeeld uit recentere tijden van een type speler die wel prima past bij de club. Het kan dus wel.

Ik ken maar weinig supporters die NEC fan zijn geworden door het oogstrelende voetbal, nee het gaat om de binding met de club en daar hoort (naast een hele hoop andere dingen) ook dat kunnen identificeren met spelers bij. Voor supporters is NEC vaak meer dan de elf op het veld en is het kopen van een seizoenkaart nooit een discussiepunt, maar voor de twijfelaars kan het net de stap zijn om geen seizoenkaart meer te nemen. Misschien zit het zuur van de wedstrijd nog wel in het bovenstaande stukje tekst, maar wanneer de scherpe kanten er wat af worden gehaald, hoop ik dat Carlos, Alex en de spelers het stuk hebben gelezen. Alleen al omdat ik mijn twijfelende buurman op de tribune ook volgend jaar in de Goffert wil zien.

Sjaak

Reageer via DTH Facebook of deel via social media of mail.