De Gelderlander van vandaag: Dinamo-NEC

NEC houdt hoofd koel in heksenketel
Ploeg van Mario Been plaatst zich voor groepsfase UEFA Cup.

Zonder geluk vaart niemand wel. NEC dacht de lood­zware klus tegen Dinamo Boeka­rest gisteravond geklaard te heb­ben, maar ver in de extra tijd dreig­de het toch nog mis te lopen. Inval­ler Lucian Goian kreeg een niet te missen kans om zijn ploeg aan een verlenging te helpen. De Roe­meense international presteerde echter het onmogelijke door de bal over het lege doel te mikken. Het bleef 0-0 en daarmee presteer­de ook de Nijmeegse ploeg het on­mogelijke: het bereiken van de groepsfase in de UEFA Cup. Door de rijpe, ijzersterke voorstel­ling in stadion Stefan cel Mare is NEC verzekerd van nóg vier wed­strijden op Europees niveau.

Het worden drukke maanden voor Ma­rio Been en zijn mannen, maar de Nijmeegse equipe kan er alleen maar sterker van worden. De NEC- coach glom na afloop van trots en genoegen. „Met het beha­len van UEFA Cup-voetbal had­den we vorig seizoen al iets bijzon­ders gepresteerd. Door Dinamo uit te schakelen schrijven we pas echt een nieuw hoofdstuk in de clubhis­torie. En al hebben we ook geluk gehad, op basis van twee wedstrij­den is het zeker verdiend.”

NEC waande zich gisteravond in een heksenketel. De ruim 10.000 toeschouwers maakten, opge­zweept door snoeiharde rock, een ongelooflijk kabaal. De Nijmeegse aanhang, die toch al wat intimide­rende belevenissen achter de rug had in de Roemeense hoofdstad, zat er relatief rustig bij. Maar naar­mate de wedstrijd vorderde werd het stille toekijken steeds meer stil genieten. Het onzeker begonnen NEC kreeg stilaan grip op de ge­beurtenissen en kreeg ook steeds meer vertrouwen in een goede af­loop. Dat had ook te maken met het feit dat NEC het tactisch goed voor el­kaar had. Been had zijn drie aan­vallers opgedragen meteen druk te zetten op de Dinamo-defensie. „Daardoor waren zij gedwongen om al snel de lange bal te spelen en voorkwamen wij dat hun ster­ke aanvallers in de voeten werden aangespeeld. In de lucht waren on­ze verdedigers heer en meester.”

Ondanks het feit dat Dinamo voor rust veel balbezit had, kwam het niet verder dan een schot onder­kant lat van Ionel Danciulescu. Even later raakte ook Jhon van Beukering het aluminium. De krachttoer die NEC gistera­vond leverde, maakte links en rechts wat slachtoffers. Bas Sibum was voor rust al rijp voor een wis­sel, maar beet door tot het zoete einde. Joël Tshibamba, Peter Wis­gerhof en Jhon van Beukering moesten wel afhaken. Maar hun vervangers Lasse Schöne, Patrick Pothuizen en Dominique Kivuvu vielen alledrie sterk in. De Deen was zelfs dicht bij de genadeklap, maar omdat zijn schot op de lat uiteen spatte, moest NEC tot het gaatje. De ontlading was des te gro­ter. En nadat het fluitconcert waar­mee de Roemeense toeschouwers hun eigen ploeg van het veld joe­gen was verstomd, was in het sta­dion alleen nog het feestgezang van het Nijmeegse vak te horen.

Tranen van geluk bij Theo en Herman
Materiaalmannen schieten vol na succes in Roemenië.

Hij droeg de kist in de ene en de uitgeschopte schoe­nen van een NEC’er in de andere hand. Theo Cornelissen kwam gis­teravond als eerste de catacomben van het Stefan cel Mare- stadion binnen. De materiaalman sinds jaar en dag bij de Nijmegenaren liep de lege kleedkamer in. Liet de koffer met een klap vallen, smeet de schoenen tegen de grond en zakte vervolgens huilend neer op de bank.

Herman Janssen kwam binnen, zag zijn collega zitten, aaide hem over zijn bol en zei: „ Dit is mooi Theo. Zo mooi.” NEC had een his­torische wedstrijd gespeeld door in het hol van de leeuw tegen Di­namo Boekarest met 0-0 overeind te blijven en zich zo te kwalifice­ren voor de groepsfase van de UEFA Cup. En in het kleedlokaal keken de twee trouwe materiaal­mannen van de Nijmeegse club wezenloos voor zich uit. Theo had nog steeds de handen voor zijn gezicht toen Bas Sibum binnen strompelde. De Drent zag hem zitten, tilde de veel kleinere Cornelissen op en knuffelde hem even stevig om vervolgens in een hoek neer te vallen. „Ik heb zo’n pijn overal”, kreunde Sibum. „Maar verdomme wat is dit lek­ker.” En lang bleef het weer rustig. Want op het veld wilden de spe­lers nooit meer weg bij de 400 Nij­meegse supporters die niet ophiel­den om hun helden toe te juichen. Mario Been ontworstelde zich als eerste aan het feestgewoel en kwam met een grijns van oor tot oor even later de gang in. „Is dit leuk?”, riep de succescoach. Om ge­lijk maar zelf het antwoord te ge­ven. „Dit is helemaal geweldig.”

Het volgende moment moest de Rotterdammer zich klein maken tegen de muur omdat een hossen­de stoomtrein van NEC- spelers de hoek om kwam zetten. Een or­kaan van geluid vulde de ruimte toen de meute met routinier Pa­trick Pothuizen voorop de kleedka­mer binnen denderde. Technisch directeur Carlos Aalbers zag het feest van de spelersgroep en zei: „ Dit is mooier dan onze wedstrijden 25 jaar geleden tegen Barcelona. Dit overtreft alles. Want zij zetten een resultaat neer. En wij verloren twee keer”, zei Aal­bers bijna nuchter. Maar dat was slechts schijn. „Net belde m’n vrouw. Schoot ik toch even vol. Want dit is zo mooi. Voor de club. Voor de supporters. Voor ieder­een.”

„ Dit is het mooiste wat een jonge ploeg als NEC kan meemaken”, zei Gabor Babos. „Elke speler wist waar het vanavond om ging. De nul houden en een resultaat neer­zetten. Het ging alleen om het re­sultaat. Ze speelden alsof het hun dertigste internationale wedstrijd was. Als ik cijfers mocht geven, kreeg elke speler een tien.” In de kleedkamer was het al opval­lend rustig. Alsof de spelers besef­ten dat er zondag alweer een kar­wei wacht in De Kuip, voor de competitiewedstrijd tegen Feye­noord. En Theo Cornelissen? Die had zich inmiddels weer herpakt. Hij was al druk bezig met het verzame­len van voetbalschoenen, trainings­jacks, shirtjes, broekjes, kousen. Alsof er niets was gebeurd.

Radomski wil wel weer tegen Benfica
Middenvelder hoopt Europese topclubs te treffen in tweede ronde.

Negentig minuten lang hadden de supporters van Di­namo Boekarest staan zingen. Een hele groep zelfs met ontbloot bo­venlichaam. De rest uit volle borst. Arek Radomski, de Poolse midden­velder van NEC, had het wel mooi gevonden, maar was er niet van onder de indruk geraakt. „Ik heb met Austria Wien tegen Rapid Boekarest gespeeld. Als je die sup­porters hoort. Dat publiek is nog veel fanatieker van de fans van Di­namo Boekarest. En die atletiek­baan hier scheelt natuurlijk ook. Bij Rapid zit het publiek bovenop het veld.”

Maar met de supporters houdt Ra­domski zich doorgaans niet bezig. Dus ook in de heksenketel van gis­teravond niet. „Ik was toch vooral bezig met coachen. Vooral in het begin. Speelden we veel te snel de bal hoog naar voren. Terwijl we ’ m juist in de ploeg moesten hou­den. Balbezit geeft vertrouwen”, wist de controlerende middenvel­der. Heel even was hij bang geweest dat het mis zou gaan. „Toen wij drie keer moesten wisselen en zij opportunistisch gingen spelen. Hadden we het even moeilijk. Maar gelukkig overleefden we die fase.” Maar, zo besefte Radomski met­een, dit zijn wedstrijden om nooit meer te vergeten. „Voor een jonge ploeg als NEC helemaal.

Nu we de groepsfase bereikt hebben, hoop ik op een paar mooie tegenstan­ders. Op een echte topclub. Dat is zo mooi om tegen te spelen. Ik heb het meegemaakt met Austria Wien. Moesten we tegen Benfica. Heerlijk om mee te maken. In dat stadion kunnen 73.000 mensen. Stel dat we naar Portugal mogen. Komen er toch 50.000 mensen kij­ken hoor. Benfica. Daar zou ik nog wel eens tegen willen spelen.” De Nijmegenaren weten volgende week waar ze aan toe zijn. De lo­ting voor de tweede ronde van de UEFA Cup is dinsdag. Van Arek Radomski mag Benfica een van de tegenstanders van NEC zijn in de groepsfase. „ Ko­men er toch 50.000 mensen kij­ken hoor.”

Reageer via DTH Facebook of deel via social media of mail.