Vier gespeeld, vier gewonnen, bij Feyenoord dromen ze al stiekem van een defilé op de Coolsingel. Die vijftiende landstitel zal er heus wel een keer komen, maar dit seizoen nog niet. Ondanks de ruime 3 – 0 zege op NEC maakte de Rotterdamse ploeg gistermiddag een ronduit povere indruk.
Trainer Erwin Koeman haastte zich na afloop om de opkomende euforie te temperen. “Als je met zulke cijfers wint van een ploeg als NEC, dan doe je het best goed. Maar ik ben en blijf kritisch over het vertoonde spel. Er gingen bij ons heel veel dingen verkeerd, zowel in balbezit als bij balverlies.”
Feyenoord had gisteren de mazzel dat het een tandeloze tijger trof. Bij NEC ontbrak de complete voorhoede. Linkerspits Andrzej Niedzielan scheurde afgelopen vrijdag een tussenribspier, rechtsbuiten Romano Denneboom was net niet voldoende hersteld van een liesblessure en tot overmaat van ramp haakte puntspeler Bart van den Eede vlak voor de wedstrijd af. De lange Belg dacht helemaal hersteld te zijn van een hamstringkwetsuur, maar een laatste sprintje in de warming-up werd hem fataal.
Met twee jonkies (Guilliano Grot en Alexander Prent) voorin stond NEC praktisch voor een onmogelijke opgave. Tot verbazing van de 35.000 toeschouwers in De Kuip nam Feyenoord de zaken echter veel te licht op. De thuisploeg had aanvankelijk wel veel meer balbezit, maar de Rotterdamse opbouw was traag, de combinaties stroperig en Dirk Kuijt, het belangrijkste aanspeelstation, lag strak aan de ketting bij Peter Wisgerhof.
En zo kon het gebeuren dat het gekortwiekte NEC halverwege de eerste helft de regie in handen nam. Met name debutant Jasar Takak maakte een goede indruk. De PSV-huurling, aangetrokken vanwege zijn aanvallende kwaliteiten, liet zien dat hij ook niet te beroerd is om vuil werk op te knappen. Als ‘stofzuiger’ werd hij de beste man in De Kuip, ook omdat hij nauwelijks balverlies leed.
De bezoekers waren in het tweede kwart van de wedstrijd een paar maal dicht bij de openingstreffer. Eerst had Feyenoord-goalie Patrick Lodewijks de lat nodig om een kopstoot van Wisgerhof onschadelijk te maken.
En even later stond het houtwerk opnieuw Nijmeegs succes in de weg, ditmaal na een door Bahia van richting veranderde inzet van Prent. “We hebben onszelf flink tekort gedaan door voor rust niet te scoren”, treurde NEC-trainer Cees Lok na afloop.
Het werd zelfs nog erger, toen de thuisploeg tien minuten voor rust de leiding nam. Dat was in tweeërlei opzicht onrechtvaardig. Op de eerste plaats omdat NEC in die fase de baas was. Maar ook omdat het doelpunt, een opzetje van het koningskoppel Kuijt-Kalou, nooit toegekend had mogen worden. De Ivoriaan stond bij zijn treffer net over het randje van buitenspel. Grensrechter Droste zat met zijn gedachten kennelijk al bij het kopje chocola in de rust en hield zijn vlag krampachtig omlaag: 1-0.
Ook na de hervatting was er nauwelijks sprake van krachtsverschil. Het ging voor NEC pas mis nadat de ploeg halverwege de tweede helft opnieuw een spits kwijtraakte.
Prent, pas op de valreep in de basiself opgenomen, kreeg zo veel last van zijn knie dat hij niet meer verder kon. Omdat Lok door zijn aanvallers heen was, bracht hij verdediger Patrick Pothuizen in de ploeg en stuurde hij Kuijt-cipier Wisgerhof naar het front. Die noodgreep pakte verkeerd uit. De organisatie in de Nijmeegse defensie was na die omzetting even weg en het was Sebastian Pardo die met zijn derde seizoenstreffer van de verwarring profiteerde: 2-0.
“Zwaar geflatteerd”, mopperde Lok in de nastoot, omdat de marge in blessuretijd nog opliep naar drie doelpunten. NEC-verdediger Jonas Olsson liet zich verschalken door invaller Romeo Castelen. De Zweed ging nog even aan het shirtje van de Feyenoorder hangen, maar realiseerde zich bijtijds dat de nederlaag een feit was en dat het geen zin had een rode kaart te riskeren. Castelen vond het prima en passeerde doelman Gabór Babos, voor het eerst terug in De Kuip, met buitenkant rechts: 3-0.
Bron: De Gelderlander