Paraguayaanse piranha in De Goffert

Edgar Barreto (19) is de jonge aanwinst van NEC, die een contract tot medio 2008 tekende. Volgens de Paraguayaanse pers heeft hij de trap van David Beckham en de passie van Edgar Davids. Technisch directeur Leen Looyen van NEC detecteerde al voor de entree van Barreto in De Goffert een Sneijder-oog. Edgar Barreto is nu al een Nijmeegse publiekslieveling.

De presentatie, begin januari van dit jaar, mocjht er zijn. “Wij zijn ontzettend trots dat we vandaag Edgar Davids aan u mogen voorstellen’, versprak algemeen directeur Alex Tielbeke zich. Verwilderde blikken bij de journalisten zorgden voor een snel herstel. “uh, ik bedoel Edgar Barreto.” De verspreking is symptomatisch voor de koorts in De Goffert. De volksclub is in de armen gesloten door een aantal vermogende miljonairs. Na de miljoenentransfer van Andrzej Niedzielan heeft nu ook het grootste talent van Paraguay zijn opwachting in Nijmegen gemaakt. Zijn antecedenten zijn indrukwekkend. Vorig jaar werd hij eerst gekozen in het wereldelftal van spelers tot twintig jaar en vervolgens kwalificeerde hij zich als jongste speler van Paraguay voor de Olympische Spelen in Athene. Barreto past precies in het nieuwe technische beleid van NEC De club wil af van overbetaalde meelopers. Goede spelers mogen veel verdienen, de rest zal moeten inleveren. Kwaliteit in plaats van kwantiteit. Maar de mars naar de (sub)top verloopt nog niet voorspoedig. Voorzitter Hans van Delft barst van de ambities en heeft de tekeningen voor een tweede ring op de Goffert al boven zijn bed hangen. Alles zit vol, de zakenruimtes, de reclameborden, het stadion. Maar dit seizoen presteert de ploeg uiterst teleurstellend. Tijd voor een nieuw beleid.

Al snel overtuige Barreto de kenners. Na een van zijn eerste trainingen bij NEC riep voormalig speler en tegenwoordig scout Ad Mellaard verwonderd uit: “Nou hebben we er toch ene… Potnondeju, die kan voetballen…Die jongen naaide er een paar ballen in, dat wil je niet weten. Daar hebben we echt een goeie aan!” Technisch directeur Leen Looyen wist dat allang: “Met Barreto hebben we de aanvoer naar Niedzielan geregeld. Dat was hard nodig. Je kan wel een fantastische spits hebben, maar als hij geen ballen krijgt, houdt het op. Barreto heeft de passes in huis. Ik zeg altijd at je al aan de schoenen kunt zien of een speler kan voetballen. Deze jongen raakt de bal boven de grond, met een enorm gemak. Hij heeft maar één keer per jaar nieuwe schoenen nodig. Als je hem ook in dat olympisch elftal van Paraguay bezig zag.. Hij was vier jaar jonger dan de rest, maar nam wel de leiding. ieder dood spelmoment as voor hem. Dan weet je het wel.” Zijn traptechniek maakte hem in eigen land de Paraguayaanse David Beckham. Als bommen en granaten zouden zijn schoten inslaan. Dat is volgens looyen een tikje overdreven.

“Natuurlijk, die jongen heeft veel ervaring voor zijn leeftijd, maar hij speelt nu in een heel ander land. Hoe vaak zie je dat niet misgaan? Aan het voetbal zal het niet liggen. Hij heeft een Sneijder-oog. Als je vooruit kan denken, ben je altijd sneller dan je tegenstander. Dat heeft Barreto ook. Maar buiten het veld zal hij het moeilijk krijgen. Er zit een goede kop op, maar je hebt natuurlijk kans dat hij heimwee krijgt. Ik ben meteen met hem op pad geweest om hem te leren pinnen en hij is al snel met Niedzielan een inburgeringscursus gaan volgen. NEC wil dat die jongens zo snel mogelijk integreren, dat maakt de kans van slagen veel groter.”

Vooral dankzij de uiterst gulle sponsor Marcel Boekhoorn kon Looyen dit seizoen spelers aantrekken van wie hij voorheen niet eens durfde te dromen. In een paar maanden tijd maakte hij meer vlieguren dan een trekkende klucht ganzen. De ambitieuze club versterkte zich intussen met twee internationale kanjers en behalve RBC-middenvelder Tininho komt er ongetwijfeld wel meer extra spelersmateriaal naar Nijmegen.

Kippenboer
Edgar Barreto veert vief de brasserie binnen met zijn vader in het spoor. Junior met halflange haren en een havikneus; senior klein, gezet en besnord. De twee gaan graag mee eten. In het pannenhoekenrestaurant willen beiden kip. Dat is tenminste iets dat hier hetzelfde is als thuis in Paraguay. Daar hebben ze een ranch, met veel kippen en varkens. Edgar Barreto grijnst: “Leuk maar ook zwaar. Ik moest ’s ochtends altijd om vier uur op om de beesten de voeren. Dan om een uur of acht met de bus naar school en ’s avonds was het voetballen. Niet dat het zwaar was, maar je dagen zijn wel helemaal vol.” Vader knikt: “De laatste jaren stonden toch voor in het teken van het voetbal. Want ook mijn andere zoon Diego speelt voor het olympisch elftal van Paraguay. Hij is keeper.”

Edgar is de eerste van het tweetal die zijn droom waarmaakt: “Iedereen wil graag naar Europa. De competitie in Paraguay stelt niet zo heel veel voor. Daar komen nauwelijks mensne kijken.” De Nederlandse competitie kende hij een klein beetje via de sportzender ESPN. Maar helemaal up-to-date was de kennis niet, want na aankomst in Nijmegen veronderstelde hij dat Christian Chivu en Andy van der Meyde nog bij Ajax speelen. Hij heeft zijn eigen doelen: “Ik weet heel zeker dat ik hier zal slagen. Ik ben een temperamentvolle voetballer en verwacht van mijn medespelers dat ze altijd alles geven in de strijd. Dat kost me zo nu en dan een gele kaart,maar dat hoort er bij. Ik wil deze ploeg naar een hoger niveau brengen, dat is de taak die ik mezelf gegeven heb.”

Al in zijn eerste wedstrijd, tegen FC Groningen, bewees de speler een aanwinst te zijn. Al na enkele duels in Nijmeegse dienst werd hij dan ook al een publieklieveling in De Goffert. Net als Edgar Davids bijt hij zich als een piranha vast in een tegenstander en eenmaal aan de bal blijkt hij ook voetballend grote kwaliteiten te hebben. Zijn passes en vrije trappen zijn bijvoorbeeld indrukwekkend. Ook met zijn ritueel voor de wedstrijd baart hij opzien. Barreto roept dan met gespreide armen en gesloten ogen de goden om hulp. Zeker tien seconden duurt zijn smeekbede, daarna volgen de drie weesgegroetjes en een uitgebreide roffel op zijn borst. Al na afloop van zijn debuutduel met FC Groningen klonk al een voorzichtig Viva Barreto. Ook in de daarop volgende wedstrijden was de Zuid-Amerikaan een voorbeeld voor zijn ploeggenoten, tot groot genoegen van trainer Johan Neeskens: “ondanks zijn negentien jaar en de weinige trainingen met ons gaf hij direct al goede passes. IK ben erg tevreden over hem.”

Johan Neeskens
De woorden van de coach wegen zwaar. De ogen van vader Barreto glimmen: La Mechanica Naranja (De Oranje Machine) kent iedereen in Zuid-Amerika.” Het totaalvoetbal van het Nederlands elftal van 1974 echoot nog steeds na in de harten van voetballiefhebbers overal ter wereld. De kippenboer uit Asuncion is een van hen: “Nederland speelde in 1974 het beste voetbal ter wereld. Op de positie van Edgar schitterede toen de jeugdige middenvelder Johan Neeskens. Wat is er mooier en hoe trots kan je zijn als diezelfde man nu mijn zoon verder gaat opleiden? Neeskens ook van strafschopgebied naar strafschopgebied, net als Edgar. Op een heel ander niveau natuurlijk, maar toch. Hard, agressief en een ijzeren wil om te winnen. Dat hebben ze gemeen. Natuurlijk speelde dat mee bij de beslissing om hier te gaan spelen. NEC kan een mooie springplank zijn naar een grotere club.”

Zoonlief vaart blind op zijn vader, diens adviezen schat hij hoog in. “Ik ken Neeskens alleen van naam, maar als mijn vader zegt dat het goed voor me is, dat is dat zo. Alles is zo snel gegaan dat ik eigenlijk nauwelijks tijd heb gehad erover na te denken. Natuurlijk moet ik snel de taal leren. Nu ik hier een paar maanden zit, zorgen mijn tante en oom voor me, door hun steun kan ik me volledig concentreren op voetbal.”

Met alle respect , maar waarom dan in hemelsnaam NEC? Toch niet alleen vanwege Neeskens? Pa knikt: “Natuurlijk speelt geld een rol, maar het lijkt ons als familie goed dat hij zich geleidelijk ontwikkelt. Niet alleen als voetballer, maar vooral als mens. Een goede keuze is erg belangrijk. Wij hebben erg veel contact gehad met de vader van Roque Santa Cruz (spits van Bayern Munchen en Paraguay). Hij is een intelligente man, die gestudeerd heeft. Hij adviseerde ons niet meteen de grootste club te kiezen. Santa Cruz vertrok eveneens op jeugdige leeftijd naar Europa. Het heeft hem drie jaar gekost zich aan te passen. Je moet je voorstellen dat Paraguayaanse mensen heel anders zijn dan bijvoorbeeld Argentijnen en Brazilianen. Wij zijn doorgaans timide en stil. Zeg maar verlegen. Dan is de stap naar een nieuwe omgeving automatisch moeilijker. Santa Cruz ging rechtstreeks naar een topclub, dat is moeilijker dan een relatief kleinere club als NEC Wij zochten daarom een ambitieuze club, waar Edgar zich zou thuisvoelen. We weten inmiddels hoe warm de mensen hier zijn, iedereen wil on helpen. Bij een topclub is dat allemaal net was anders. Maar pas op, NEC is geen lullig clubje. Dat merken wij aan alles. Deze club wil duidelijk hogerop.”


Bron: VI

Reageer via DTH Facebook of deel via social media of mail.