Europees debuut in herfst van carrière

In een ploeg die bulkt van (ex-)Jong Oranje – talent neemt Dejan Govedarica een cruciale rol in. De routine van de enige NEC’er met A – interlands achter zijn naam wordt in Nijmegen gekoesterd. “UEFA Cup – voetbal is mooi voor mij, maar nog veel mooier voor al die jonge gasten.”


Aan de bar van Novotel Kraków zit Dejan Govedarica in alle rust achter een colaatje. De geboren Joegoslaaf verkeert in de herfst van zijn rijke voetbalcarrière. “Nog een jaar, misschien twee en dan is het mooi geweest.”

‘Gova’ maakte het allemaal al eens mee. Een Europees kampioenschap, een wereldtitelstrijd. Toch vertoonde de cv van de 33-jarige middenvelder tot deze week één voorname leegte. Nooit kwam hij uit in de Europa Cup. Dertig keer droeg Govedarica het shirt van Joegoslavië – ‘en twintig keer zat ik op de reservebank’ – maar als het op Europees clubvoetbal aankwam, ging het steevast mis.

“Bij RKC waren we een aantal keer heel dichtbij”, zegt Govedarica. “Maar steeds liep het op ’t einde net fout. In mijn tijd bij Novi Sad lukte het ook niet. Novi Sad was een goede club. Destijds nog de nummer drie van Joegoslavië. Maar UEFA Cup heb ik met die ploeg nooit gespeeld vanwege de sportboycot die over Joegoslavië was uitgeroepen. Echt zonde. Dat heeft me heel wat mooie wedstrijden gekost. Ik hoop dat de jonge jongens bij NEC nu beseffen wat voor een mooie mogelijkheid zij krijgen. Presteren ze goed in Europa, dan spelen ze zich misschien in de kijker van andere clubs. Dat is goed voor hen én voor NEC. Zo’n kans als deze heb ik op jeugdige leeftijd nooit gekregen.”

‘Gova’ moest zijn internationale ervaring jarenlang putten uit interlands met Joegoslavië. Het maakte veel, zoniet alles goed.

“Als je zo’n shirt van je land mag aantrekken, weet je niet wat je meemaakt. Iets mooiers bestaat bijna niet. Je bent vol van trots. Het is een enorme eer. Dat voel je in je hele lichaam. In zo’n tenue kun je niet slecht spelen.”

Naast Govedarica knikt Albert van der Sleen instemmend. De NEC-reservedoelman is ook aangeschoven aan de hotelbar. “In Nederland weten we helemaal niet meer hoe dat voelt: trots zijn om voor je land te mogen spelen. Ik heb het natuurlijk nooit meegemaakt, maar als een bondscoach zou zeggen: ‘Albert, loop die doelpaal eruit’, dan zou ik dat direct voor hem doen.”

Albert van der Sleen, 40, de oudste profvoetballer van Nederland, mag dan al ruim een jaar wachten op speeltijd, zijn rol bij NEC is net als Govedarica groot. ‘Sleen’ is de ultieme prof die de kunst verstaat de Nijmeegse spelersgroep scherp te houden. Ook al bestaat een steeds groter deel van de NEC-selectie uit voetballers die qua leeftijd zijn zoon hadden kunnen zijn. “Mijn loopbaan is natuurlijk niet te vergelijken met die van ‘Gova'”, grijnst de doelman die zestien jaar van zijn leven met Eindhoven doorbracht in de eerste divisie. “Ik kijk nu in Polen bewust goed om me heen. Ik had nooit voor mogelijk gehouden dat ik dit nog zou mogen meemaken. Het klinkt misschien vreemd voor iemand van veertig, maar voor mij is het nu gewoon de hele dag genieten.”


Bron: De Gelderlander

Reageer via DTH Facebook of deel via social media of mail.