De tragiek in het voetballeven van Dejan Govedarica

‘Maar RKC is wel gewoon een heel goede club voor mij’


Door de VN-bombardementen op Joegoslavië kon Dejan Govedarica (29) het voetbal vorig seizoen een tijdje niet opbrengen. Toen de bommenregen stopte, was het nog niet te laat om RKC voor de KPN Telecompetitie te behouden. Maar de situatie thuis blijft uitzichtloos.


Hartje Waalwijk, Café Le Petit Paris, schuin tegenover het stadhuis. Aan het raam -zonnebril en zaktelefoon op tafel- zit Dejan Govedarica, de lange aanvallende middenvelder van RKC Waalwijk. Het wachten is op land- en ploeggenoot Darije Kalezic die al vier jaar bij RKC speelt, de Nederlandse taal wat beter beheerst en derhalve als tolk fungeert. Na enkele minuten maakt ook hij zijn opwachting en kan het gesprek beginnen.


Halverwege het seizoen 1995/?96 kwam je op je 26e, na FK Proleter en Vojvodina Novi Sad, bij FC Volendam terecht. Een vissersdorp, klederdracht, de Dijk. Een cultuurschok?
‘Dat is overdreven, maar het was wel even wennen, ja. Ten eerste aan het weer en daarna aan het eten en vooral de tijdstippen daarvan. We aten om twee uur warm, hoe verzin je het. Op voetbalgebied hoefde ik niet echt te wennen. Het Joegoslavische voetbal lijkt op dat van Nederland, in beide gevallen op technische leest geschoeid. Denken in plaats van rammen. Die drie andere jongens zaten er al zes maanden en toen ik er bij kwam, hebben ze me goed opgevangen. De tijd bij Volendam was mooi. Het eerste jaar behielden we via de nacompetitie onze eredivisiestatus, in mijn tweede seizoen handhaafden we ons met moeite op het hoogste niveau.’


Het leverde je een transfer naar Lecce op, maar dat werd uiteindelijk geen succes.
‘Ik moest daar echt weg. Ik had het wel gezien. Ach, de druk was te groot, de supporters verwachtten wonderen, lieten dat constant blijken, maar we misten gewoon kwaliteit. Een privé-leven heb je daar amper. Het eerste jaar speelde ik 21 wedstrijden in de Serie A, maar we degradeerden. We hadden een slechte ploeg. In de Serie B uitkomen wilde ik niet, daarom speelde ik het tweede seizoen ook niet. Ik verlangde terug naar Nederland.’


Gelukkig voor jou werd je in de loop van vorig seizoen samen met David Nascimento en Rick Hoogendorp naar RKC gehaald. Hoe waren de eerste weken in Waalwijk?
‘Ik wist van tevoren dat het moeilijk zou worden om in de eredivisie te blijven. Ik wist ook dat RKC een kleine, maar degelijke club was. Daarom vreesde ik niet voor degradatie, had ik er vertrouwen in. RKC beschikte over voldoende kwaliteit. Dat bleek wel.’


Oorlog en vrede
Tijdens de VN-bombardementen op Joegoslavië heb je een tijdje niet gespeeld.
‘Een tragische periode in mijn leven. Ik voelde me erg slecht. Aan voetbal denken kon gewoon niet. Ik was voortdurend met mijn gedachten bij mijn familie die daar nog steeds zit, aan de onschuldige mensen die op de vlucht zijn en vermoord worden. Dat kun je niet uit je hoofd zetten, dat wilde ik ook niet.’
‘Geestelijk was ik niet in staat om te spelen, dus zei ik eerlijk tegen de club: het gaat niet met me. Maar de trainers, het bestuur en de spelers hadden er begrip voor.’

Wat vind je van de situatie nu?
‘In ieder geval beter. De bombardementen zijn gestopt, het moorden ook. Maar hoe het nu verder moet… Huizen, fabrieken en wegen zijn gesloopt. Mensen hebben geen inkomen, geen geld. De onderlinge haat is er nog steeds en oplossingen lijken niet in zicht. Ik heb ze ook niet.’



Zijn er over RKC optimistische geluiden te noteren?
‘Er staat nu een degelijk raamwerk, de laatste zes maanden hebben we dan ook goed gespeeld. Het lijkt erop dat RKC op de rails staat. Martin Jol heeft een goede mix gevonden tussen ervaren en jonge spelers, technische spelers en harde werkers. Ik hoop op een goede start, zodat de druk van het moeten presteren er af gaat. Vooral voor de jonge spelers is dat goed. Zonder problemen eindigen we dit seizoen in de middenmoot.’


Denk je nog wel eens terug aan het WK?98 met Joegoslavië?
‘Ik had op speeltijd gehoopt, eerlijk gezegd ook wel verwacht, maar ik mocht alleen een paar keer warmlopen. We waren als ploeg niet goed en ik weet eigenlijk nog steeds niet waarom; de selectie had meer dan voldoende kwaliteit. We verloren tegen Nederland in de achtste finale omdat Mijatovic die penalty miste. Win je die wedstrijd, krijg je een heel ander verhaal. Dan was het toernooi zo goed als geslaagd geweest.’


Hoe staat het er momenteel voor met je internationale carrière? Op hoeveel interlands sta je nu?
‘Ik heb inmiddels 22 caps en ben daar zeer trots op. Spelen voor je vaderland is de hoogste eer die er bestaat voor een voetballer. Jammer genoeg, zijn er na het WK veel veranderingen rond de ploeg geweest en heb ik niets meer gehoord. Ik hoop dat het er ooit nog eens van komt.’


Je speelt steeds bij clubs die onderin de competities bivakkeren. Ook dat is tragisch, want met jouw balcontrole, inzicht en kopkracht ben je bij uitstek een voetballer die naarmate hij hoger voetbalt beter functioneert.
‘Dat vind ik moeilijk om over mezelf te zeggen. Dat moeten anderen maar beoordelen. Waar je komt te spelen heeft ook met geluk te maken.’


Ben je niet te bescheiden, niet teveel een teamspeler?
‘Misschien heeft het daar deels aan gelegen. Maar ik blijf zeggen: dat moeten anderen maar beoordelen.’


Je bent nu 29, wat verwacht je nog in de jaren die komen?
‘Ik heb voor drie jaar getekend hier in Waalwijk en ik verwacht dat contract uit te dienen. Met RKC wil ik goed, leuk voetbal spelen. Daarna blijk ik het liefst in Nederland. De kans daarop acht ik vrij groot.’


Bron: ELF Voetbalmaandblad

Reageer via DTH Facebook of deel via social media of mail.