Na tien jaar staat doelman Harrie Schellekens
uit Grave voor de tweede keer binnen dertien NEC-seizoenen in de nationale
bekerfinale.
Woensdag j.l. loodste Schellekens door het
pareren van de elfmetertrap van Haarlemmer Frank van Leen zijn maatschappen de
finale binnen; in 1878, in de Rotterdamse Kuip, trok Schellekens in de
finalepartij tegen het Bredase NAC ook alle aandacht naar zich toe.
“Ik herinner het mij nog goed. Het was een echte
bekerfinale, met vijftigduizend man op de tribunes. De wedstrijd was nog maar
vijf minuten oud, of ik laat de bal na een hoekschop door de vingers glippen,
en maakt Stanley Bish er 1-0 voor NAC van. Ik kon wel door de grond gaan.”
Frans Thijssen
Op papier bracht NEC destijds de beste ploeg in het veld. Onder het bewind
van Wiel Voerver liepen destijds toppers als Frans Thijssen, Theo de Jong, Cas
Janssens, Miel Pijs en Cees Kornelis in het NEC-shirt. Schellekens: “Jan Peters
was er toen niet bij, die was nog te jong. Sije Visser zat in die dagen wel bij
de selectie, maar hij was voor de finale niet beschikbaar door een blessure, of
hij was gepasseerd, dat weet ik niet meer zo precies. Ik ben in ieder geval de
enige NEC-speler, die er na 10 jaar weer bij is. Voor verzorger Cees Joosten is
het natuurlijk ook de tweede keer.”
NEC verloor uiteindelijk voor het oog van 12.000
NEC-supporters in de Kuip met 2-0 van dat onberekenbare NAC. Schellekens weer:
“Na dat doelpunt van Rish waren wij de hele wedstrijd in de aanval. Die bal wou
er echter maar niet in. Vijf minuten voor tijd schoot Brouwers nog nummer twee
in de touwen, en toen was de droom uit.
Gunstiger
Het lot is NEC dit keer bij voorbaat al gunstifer gezind. Wordt Ajax
landskampioen – en wie twijfelt daaraan – dan kan NEC zich ongeacht de
einduitslag na twee finalewedsrijden opmaken voor een avontuur in het Europa-cup
II toernooi.
Wie weet perst NEC er op dinsdag 17 mei weer een
allesbelissende strafschoppenserie uit. Oefent Schellekens apart op het stoppen
van elfmetertrappen? “Nee hoor”, merkt de sluitpost op, “daar krijg je alleen
maar een minderwaardigheidscomplex van. Al die ballen om je oren, dat tast je
zelfvertrouwen aan. De jongens in het veld oefenen er wél op, ik niet.”
Gokken
In dit seizoen hield Schellekens al zes strafschoppen, drie in de beker en
drie in de competitie. “Ik zou niet weten hoeveel ik er in mijn hele carrière
gestopt heb, het zijn er in ieder geval heel wat. Je moet als keeper altijd op
een goede manier gokken. Je kiest van te voren een hoek uit. Daar ga je dan
voluit naar toe. Als de bal dan inderdaad op die hoek afkomt, heb je ‘m
tenminste, dan kun je niet meer afgaan. Zo ging het dan ook met de strafschop
van Van Leen: ik gokte op de goede hoek. Bij Kleton koos ik voor de rechterhoek.
Kleton schiet de bal al jarenlang links in, dus verwachtte ik eindelijk eens wat
anders van die jongen. Maar hij deed toch weer in de linkerhoek. Anders had ik
hem beslist gehad.”
Hoe alles op toeval berust, geeft Schellekens
zelf al aan: “Haarlem-doelman Edward Metgod had woensdag pech. Hij koost vier
keer voor de rechterhoek en vier keer ging de bal naar de andere kant.
Natuurlijk gelukkig voor NEC. Een bekerfinale is leuk meegenomen, al beschouw ik
de competitie als belangrijker. NEC mag niet degraderen, dat is duidelijk. Ik
voel er niets voor om volgend seizoen naar Veendam en Heerenveen te moeten
reizen. Dat ziek ik helemaal niet zitten.”