NEC bombardeerde zich zaterdag als de grote favoriet voor een finale-plaats in de strijd om de KNVB-beker. Haarlem-trainer Hans van Doorneveld schrok zich ongetwijfeld lam bij het horen van de uitslag NEC-Sparta: 5-2.
Wie in het Nijmeegse kamp had dat trouwens ooit durven voorspellen?
De Nijmegenaren verlieten in feeststemming de Goffert. Een 0-2 achterstand werd omgebogen in een 5-2 overwinning. Een feestje was dan ook op zijn plaats.
Met name de laatste zeven minuten van de eerste helft waren voor Nijmeegse begrippen van ongekend hoog gehalte. Sparta waande zich twee punten rijker, Ron van de Berg had fouten in de Nijmeegse defensie koelbloedig afgestraft. Vooral de tweede kans was niet te missen, nadat Wim van Zinnen te zacht op Schellekens had teruggespeeld, en de attente Garry Heale eerst nog op de Nijmeegse sluitpost stuitte.
Toch voltrok zich nog dat wonder. Het begin van de victorie kon op naam geschreven worden van de Spartaan Danny Blind, die na een voorzet van Henk Grim de bal achter zijn eigen ongelukkige Jan Formannoy knalde, 1-2.
De thuisclub hees de stormbal, met als spil van de explosie Wim van Zinnen, die tot twee keer toe persoonlijk revanche nam voor zijn fatale terugspeelbal.
Toon Willemse slingerde het leder naar de eerste paal, Van Zinnen kopte door, en met een fraaie snoekduik produceerde uitblinker Dick Mulderij het tweede Nijmeegse doelpunt, 2-2.
Karakter
Op slag van rust werd het al bijna 3-2, maar de doorgebroken Henk Grim vond Formannoy op zijn weg. De koek was echter nog niet op. Grim nam op links een corner, op karakter zette Van Zinnen zijn hoofd weer achter de bal, en nu dook Frans Janssen nummer drie in het netwerk: 3-2.
De thee smaakte de manschappen van Pim van de Meent opperbest. Zoals was te verwachten zette Sparta in het tweede bedrijf alles op alles om tenminste nog een punt uit het vuur te slepen, voor de Rotterdammers immers bittere noodzaak om nog in aanmerking te kunnen komen voor Uefacup-voetbal. NEC moest terug, maar counterde als het even kon ongemeen fel. Met niet aflatende ijver bleven Frans Janssen en Wim van Zinnen jagen op de bal, ondersteund door een gedreven Mulderij, die met een verdoving speelde in zijn gekneusde grote teen.
Volley
Sparta kreeg een dot van een kans via Geert Meyer, maar de linksbuiten lepelde de bal naast. Henk Grim, die lange tijd in de schaduw bleef van het bijtertje Adrie van Tiggelen, ging even later heel wat doelgerichter te werk. Frans Janssen bracht Grim koppend in stelling en met een prachtige volley joeg de Groesbeker nummer vier achter Formannoy.
Sparta-trainer Barry Hughes over deze situatie: “Scheidsrechter Hobe floot, voordat Grim schoot, al buitenspel. Hij had zijn beslissing nooit mogen terugnemen.”
Hobe meende inderdaad dat Grim buitenspel stond, maar na protesten van NEC-zijde won Hobe advies in bij de grensrechter, die zijn vlag alsmaar omlaag had gehouden. Uiteindelijk wees de Tielse arbiter toch naar de middenstip, de Spartaanse protesten ten spijt.
Strafschop
Vervolgens hielp Meyer weer een geweldige kans om zeep, en nam Grim daarop de mooiste individuele actie van de avond voor zijn rekening. Grim brak door, kapte, en Andriessen was genoodzaakt de aalvlugge rechtsbuiten te vloeren: strafschop.
Grim schoot vervolgens onberispelijk raak, 5-2.
Hughes: “Dat NEC ging maar, wat een karakter. NEC verdiende een groot compliment, zij speelden na onze voorsprong alles of niets. Klasse. Je zag het aan die gezichten bij NEC, daar gingen verscheidene spelers van ons aan onderdoor. NEC speelde zelfs voor het zesde doelpunt, ze bleven maar gaan.”
NEC-Sparta 5-2
25. vd Berg
27. vd Berg
38. Blind (e.d.)
41. Mulderij
44. Janssen
64. Grim
74. Grim (pen)
Toeschouwers: 3100
Arbiter: Hobé