Bas Sibum is de Nijmeegse hoop in bange dagen

In de VI van vandaag een leuk interview met onze nieuwe aanwinst Bas Sibum.

Bas Sibum (25) is de Nijmeegse hoop in bange dagen. De eigenzinnige ijzervreter uit Drenthe heeft de zware taak het zieltogende NEC te behoeden voor de ondergang. Aan de instelling van de middenvelder zal het niet liggen; hij kent de wetten van het moderne voetbal. ‘Op kwaliteit alleen win je geen wedstrijden meer.’

Steeds wanhopiger stelde NEC-trainer Mario Been zichzelf de voorbije maanden die ene vraag: Waar zijn de echte winnaars? Het antwoord kwam twee weken geleden over van Roda IC en heet Bas Sibum. Een karaktervoetballer van de oude stempel, voor wie opgeven simpelweg geen optie is.’Ik ben een winnaar’, zo zegt hij zelf ook. De typering is de laatste jaren meer en meer verworden tot een lege huls, die te pas en te onpas uit de kast wordt getrokken om spelers te duiden. Maar wat maakt iemand nu tot een winnaar? ‘Als je een verdomde hekel hebt aan verliezen’, legt Sibum uit. ‘En die eigenschap zit er bij mij al van jongs af aan in. Op de fiets als jochie moest en zou ik als altijd eerder bij een boom zijn dan een auto. Als ik thuis een spelletje verloor, werd ik heel vervelend. Of het nou ganzenborden of klaverjassen was. Mijn vader heeft pas weer eens een potje monopoly tegen mij gespeeld. Dat was voor het eerst sinds vijftien jaar. Al die tijd wilde hij niet met mij spelen, omdat ik het bord altijd omver gooide als ik dreigde te verliezen. Hoe het spelletje laatst afliep? Goed hoor. Ik won.’

Hij doet zijn verhaal in de lounge van het luxueuze Scandic Hotel in Nijmegen, De combinatie vloekt een beetje; een nuchtere plattelandsjongen uit Drenthe in een wereld van weelde, van aromatherapieën en gepocheerde zeeduivel. Onwillekeurig plaats je Sibum in gedachten toch eerder in een setting van hooi, een tractor en een modderig hekje. Nee, zelf zou hij hier nooit voor hebben gekozen. Hij houdt sowieso niet van hotels. ‘Er gaat niets boven je eigen huis, eigen plekje en eigen bedje. Maar voor mezelf en voor NEC is het beter dat ik hier nu tijdelijk bivakkeer, terwijl ik zoek naar een nieuwe woning ergens in de buurt. Ik zie het niet zitten elke dag op en neer te rijden naar mijn huis in Zuid-Limburg. Als een club je haalt en goed betaalt, heb je de plicht zo goed mogelijk voor je lichaam te zorgen. Dan moet je geen overbodige kilometers in de auto maken.’

Van Nijmegen heeft hij nog weinig gezien. Geen behoefte aan ook. Sibum, opgegroeid in het zevenduizend inwoners tellende Nieuw-Amsterdam, houdt niet van de grote stad Nou ja, ik vind het best leuk ergens een dagje te winkelen of een hapje te eten, zo saai ben ik nu ook weer niet. Maar ik zou niet in de drukte willen wonen. Het huis dat mijn vriendin Auke en ik nu nog hebben staat in Klimmen, tussen Maastricht en Kerkrade. Je hebt er een bakker en een slager, meer niet. Heerlijk.

Ik houd van het leven in een dorp, van de rust de sociale controle. In Nieuw-Amsterdam is iedereen gelijk. Als ik me anders zou gaan gedragen omdat ik toevallig profvoetballer ben, krijg ik een draai om mijn oren. Zo werkt dat in mijn vriendengroep en bij mijn amateurvereniging. Normaal doen, dat vind ik prettig.’ In Klimmen leerde Sibum voor zichzelf zorgen. ‘Ik koos vorig jaar bewust voor een transfer van FC Twente naar Roda JC, omdat ik daardoor gedwongen was op eigen benen te gaan ui. Tot dan had ik altijd thuis gewoond. De stap pakte goed uit, als mens ben ik de afgelopen periode heel wat rijper en wijzer geworden. Ik heb van alles geleerd in het huishouden en kookte bijna elke dag voor mijn vriendin en mij. Eerst kwam ik niet verder dan een gebakken eitje of een tosti, nu maak ik goed en gezond eten.’

Privé was zijn tijd bij Roda JC dus een succes, sportief sloeg de balans minder positief uit. Op voorhand leek het een geslaagd huwe¬lijk te kunnen worden. Knokker Sibum bij de club van mijnwerkers. Ook nog eens in het land van Rowwen Hèze, zijn favoriete band. Maar in de praktijk was de magie al snel weer verdwenen. ‘Na mijn komst in de winterstop heb ik een heel goed half jaar gedraaid bij Roda. Toen ik binnenkwam stond de club twaalfde. We eindigden als zesde en werden door FC Utrecht onterecht uitgeschakeld in de play-offs om UEFA Cup-voetbal. Ik zeg niet dat het allemaal aan mij was te danken, maar mijn prestaties waren gewoon goed. Dit seizoen koos de trainer (Raymond Atteveld, red.) na een wedstrijd of vier voor een ander systeem, wat ten koste ging van mijn basisplaats. Later mocht ik toch weer een aantal keer opdraven vanaf het begin. Dat ging goed, tot aan het be-kerduel met De Graafschap. Ik speelde heel slecht en raakte mijn plek definitief kwijt.’ Even stopt hij zijn betoog, om te zoeken naar woorden. ‘Niet alleen om sportieve redenen werd het voor mij een lastig verhaal. Waar het om draait is dat ik een jongen ben die zichzelf wil blijven. Soms wordt dat geaccepteerd, soms kost me dat de kop. Maar verder ga ik niet uitweiden over de situatie, omdat je nooit moet spugen in de put waaruit je gedronken hebt. Ik heb een mooie tijd gehad bij Roda, maar jammer genoeg moest die vroegtijdig eindigen. Heel veel mensen bij de club denken daar net zo over. blijkt uit de vele reacties die ik de afgelopen dagen heb gekregen.’

In eerste instantie wilde Roda JC niet meewerken aan een vertrek van Sibum. Maar na langdurig intern beraad, en het verzoek van de Drent om medewerking, gingen de Limburgers akkoord met een overgang naar NEC. Zoals het een aankoop betaamt prijst de kale krachtpatser zijn nieuwe club. ‘Ik maak mijn keuzes nooit vanwege het geld, maar op gevoel. En dat is heel goed bij NEC. Er zijn echt clubs waarvoor ik niet zou willen voetballen, ongeacht het salaris. Een volksclub als NEC, FC Twente of FC Groningen past beter bij mij dan Vitesse of Ajax, bijvoorbeeld. Qua naam en potentie is NEC gewoon een subtopper, net als Roda, FC Utrecht en FC Groningen. Alleen beleeft de club nu een minder seizoen. Voor mij was dat geen reden weg te blijven. Integendeel, ik heb de overtuiging dat ik de club met mijn manier van spelen kan helpen opklimmen. Of ik de goede keuze heb gemaakt door te verkassen kan ik pas na dit seizoen zeggen. Als wij vanaf nu geen punten meer pakken, is het een verkeerde beslissing geweest.’

Hij speelt zoals de klank van zijn naam. Sibum. pats boem. Krachtig, geen poespas. Hier een schop, daar een tackle. Uitdelen en incaseren. De al jaren naar een nieuwe held snakkende aanhang van NEC heeft wellicht weer een troetelbeer gevonden. Na de grillen van prima donna’s als Andrzej Niedzielan en Edgar Barreto is er nu het dynamiet uit Drenthe. ‘Ik stop mijn ziel en zaligheid in elke wedstrijd. De ene week zal dat er beter uitkomen dan de andere, maar ik zal altijd mijn best doen. Als ik straks terugkijk op mijn carrière mag ik mezelf niet kunnen verwijten dat ik niet alles heb gedaan om het maximale uit mijn mogelijkheden te halen. Want die voorbeelden zijn er in overvloed. Spelers die bulken van het talent, maar door een gebrekkige mentaliteit niet ver komen. Ik hoop dat mijn ploeggenoten kunnen meeliften op mijn wils-kracht. Als je met je hart speelt kun je het kwa-liteitsverschil met betere tegenstanders com-penseren. Clubs en voetballers onder de top zijn dat steeds meer gaan beseffen, vandaar de nivellering in het voetbal. Ik kan niet beter voetballen dan Urby Emanuelson of Wesley Sneijder, maar als zij tachtig procent geven en ik honderd procent, ben ik de betere. Zo werkt het. Dat hebben we onlangs bewezen tegen Ajax. We speelden gelijk (1-1, red.), maar hadden een overwinning verdiend. Als wij elke wedstrijd spelen zoals die dag. hoeven wij niet bang te zijn voor degradatie. Maar je kunt tegenwoordig geen wedstrijden meer winnen op kwaliteit alleen. Karakter is belangrijker dan talent. Natuurlijk, je hebt een dosis voetbalvermogen nodig. Je moet een bal kunnen rondspelen. Maar je karakter bepaal t uiteindelijk hoe ver je komt.’

Het zijn uitspraken die hem typeren. Hard werken, niet zeuren. Het stoort hem vreselijk dat in de hedendaagse voetballerij andere gedragsregels lijken te gelden. ‘Hoe die Bruno Silva bijvoorbeeld met FC Groningen is omgegaan, dat vind ik echt een grof schandaal. Temeer daar ik Ron lans en Ruud Hesp (trainer en keeperstrainer van FC Groningen, red.) heel hoog heb zitten. Als je dat soort mensen die zich dag en nacht voor jou hebben ingezet zo schandalig behandelt, ben je voor mij niets meer dan een enorme lul. Echt waar. Vroeger ging ik al vaak kijken naar FC Groningen. Het is een fantastische club met superfanatieke supporters, die Silva op handen droegen. Los van alle beloftes of ambities die er meespeelden: die mensen mag je nooit of te nimmer in de steek laten. Bovendien vind ik: contract is contract, of je nu Bruno Silva. Maradona of Bas Sibum heet. Daarom heb ik ontzettend veel respect voor Fred Rutten, die FC Twente een tijdje terug niet wilde verlaten voor PSV.’

Even ingrijpen. Was het niet Sibum die Roda JC verzocht om een transfer naar NEC, ondanks een nog drieënhalf jaar doorlopend contract? Hij krabt even over zijn schedel. ‘Dat is op zich een goede vraag. Maar het verschil is: Silva had een basisplaats bij FC Groningen, terwijl ik niet speelde en mijn persoonlijke redenen had om weg te gaan bij Roda. En ik zou nooit zijn gaan staken om mijn zin door te drijven. Maar ik heb wel getwijfeld of ik men¬sen niet zou duperen met mijn transfer. Een aantal spelers van Roda heeft me ook gezegd: "Je laat me in de steek, ik wil niet dat je gaat". Maar voor mij was er uiteindelijk te weinig perspectief om te blijven.’

Hij heeft zijn hart verpand aan de harde voetbaljungle, maar voelt zich daarin wel meer en meer een bedreigde diersoort. ‘Ik ben niet zoals het gros van de voetballers en zal ook nooit zo worden. Ik ben geen meeloper. Voetbal draait voor mij nog altijd om de liefde voor het spelletje. Ik ben ooit begonnen bij SVTwedo in Veenoord vanwege het plezier, en dat is nog steeds mijn drijfveer. Natuurlijk was ik voor een zak aardappels en een pak wortels niet naar NEC gegaan, maar ik haal mijn kick niet uit mijn salarisstrookje. Die haal ik uit wedstrijden zoals laatst tegen Ajax Duizenden mensen op de tribune, de geur van gras in de neus en dan lekker tekeer gaan op dat veld. Heerlijk.’

Aan de pols van Sibum geen duur horloge. Om zijn lijf geen hip merkshirt. Aan zijn voeten geen kekke stappers. ‘Ik doe geen enkele moei¬te om op te vallen, hecht geen waarde aan uiterlijk vertoon. Daarom scheer ik mijn kop gewoon kaal. Geen moeilijk gedoe. De normen en waarden die ik vroeger in het dorp mee¬kreeg, heb ik nog steeds hoog in het vaandel. Waarom moet ik me anders gedragen omdat ik toevallig tegen een balletje trap? Ik voel me niets meer dan iemand die in de fabriek werkt. Sterker nog, ik heb voor dat soort mensen meer respect dan voor een voetballer. Om maar te zwijgen over al die mensen die zich inzetten voor een ander of voor de maatschappij.’ Het voorbeeld voor hem is natuurlijk zijn moeder, die in 2004 op 54-jarige leeftijd overleed na een lang ziekbed. Marry Sibum was bejaardenverzorgster. ‘Dét is pas echt belangrijk werk. Zij offerde iets van zichzelf op om een ander gelukkig te maken. Spelers staan er vaak niet bij stil dat zij niet alleen zijn op deze wereld. Ik erger me mateloos aan het misplaatste gedrag dat ik soms zie bij voetballers.Als iemand denkt dat hij meer is dan een ander, ben ik genadeloos. Dan pak ik dat meteen aan. Maar ja.. Als iemand echt arrogant is, zal hij zich weinig aantrekken van mijn mening.’

Achter het stoere uiterlijk en de nuchtere teksten schuilt iemand die snakt naar de liefde van zijn supporters. Zoals hij die voelde bij FCTwente, waar hij uitgroeide tot culthfiguur. ‘Ik zal nooit drie man passeren en een goal maken – dan breek ik mijn benen – maar ik hoop dat de fans van NEC me kunnen waarderen om wat ik wél kan. Bij FC Twente kon ik boven mezelf uitstijgen door de steun van het publiek. Bij Roda heb ik dat gevoel gemist. Het Parkstad Limburg Stadion is weliswaar prachtig, na De Kuip volgens mij zelfs het mooiste stadion van Nederland, maar qua sfeer is het helemaal niks. Op dat gebied is NEC sowieso al een stap vooruit

Reageer via DTH Facebook of deel via social media of mail.