In Nijmegen zijn inmiddels nauwelijks nog woorden te vinden die de huidige sportieve crisis van NEC juist kunnen omschrijven. Termen als triest, ongelooflijk, beschamend en schandelijk werden de voorbije weken al meermalen uitgesproken. Zaterdagavond na een historische slechte eerste helft tegen NAC (5-2) voegde Neeskens er nog twee typeringen aan toe: ‘onacceptabel’ en ‘amateuristisch’.
NEC beleefde zaterdag de ultieme climax van een week waarin van alles misging. Eerst waren er de harde woorden van Johan Neeskens aan het adres van het Nijmeegse legioen, daarna de excuses, vervolgens nieuw blessureleed en uiteindelijk een vernedering die zijn weerga niet kende. Na 44 minuten was de achterstand bij NAC al 5-0 door Seedorf (3) en Engelaar (2). De meegereisde NEC-supporters konden het niet meer aanzien, vreesden de grootste nederlaag uit de clubhistorie en zongen uit pure frustratie maar mee met de Bredase meezinger: ‘Neeskens neem je rotzooi mee’.
Na de 4-0 daalden de supporters demonstratief af naar de stadiongracht om het schouwspel te ontvluchten. Een halfuur voor tijd gaf de Bredase politie de unieke toestemming waarnaar de supporters snakten. De bussen werden voorgereden. Ze konden naar huis. En dus zagen slechts acht overgebleven diehards hoe NEC na rust via Zico Tumba en René van Rijswijk ‘De Schande Van Breda’, voor het oog althans, nog enigszins draaglijk maakten.
“Ik had eerlijk gezegd ook wel weg willen lopen”, zo kreeg NEC-coach Neeskens na afloop in de persuimte de lachers op zijn hand. Zelf kon de trainer er allerminst om grijnzen.
“Ik schaam me hier diep voor. We hebben op een amateuristische wijze open huis gehouden. We hebben in de eerste helft werkelijk alles verkeerd gedaan, wat ook maar verkeerd gedaan kón worden. Er zijn spelers die doorgaans op de reservebank zitten en vinden dat ze eigenlijk in de basis horen. Nu krijgen ze de kans en krijg je zo’n blamage. De spelers hebben elkaar laten vallen.”
Al leek het er in de eerste helft ook op dat de spelers ook hun coach lieten vallen. Maar dat werd na afloop door alle betrokkenen krachtig ontkend. Ook door Neeskens: “Dat gevoel heb ik zeker niet.”
De coach wenste zich niet te verschuilen achter de immense vloedgolf aan blessures die Nijmegen momenteel overspoelt. Naast de coach in de dug-out zaten behalve reseve-doelman Albert van der Sleen, drie Jong NEC’ers van wie er niet één ooit een wedstrijd betaald voetbal speelde: Mark Otten, Thijs Hendriks en Alexander Prent.
De eerste twee maakten na rust hun debuut. Hendriks stond na 66 minuten met een gave pass zelfs aan de basis van Tumba’s 5-1.
Neeskens: “Natuurlijk is het een feit dat wij acht spelers missen geen enkel excuus voor de wijze waarop wij in de eerste helft partij hebben geboden. We gaan maar weer eens met z’n allen praten.”
En dus kruipen de NEC’ers deze dagen voor de zoveelste keer in dit rampseizoen om de tafel. Maar wat moet er nog gezegd worden? De vormcrisis waar menig speler mee kampt, lijkt inmiddels chronisch van aard. Niemand straalt nog een greintje zelfvertrouwen uit in een mentaal labiele ploeg die het ook nog eens aan een leider ontbreekt. Organisatorisch klopte er zaterdagavond de eerste 45 minuten werkelijk helemaal niets van het NEC-spel. En geen speler, geen trainer die de oplossing weet.
Het enige geluk dat de Nijmeegse formatie vooralsnog heeft, is dat er in de vaderlandse eredivisie momenteel ploegen rondlopen die er nóg beroerder aan toe zijn. Al benaderden de NAC-supporters zaterdagavond wel degelijk de waarheid toen ze hun opponent toezongen: ‘Het lijkt Vitesse wel’.
Het gat met de degradatiezone bedraagt voor NEC zeven punten met nog evenzoveel duels te gaan. Dat lijkt veel, maar NEC houdt wel degelijk in steeds meer geledingen angstvallig de verrichtingen van de Arnhemse rivaal in de peiling. “Voor nacompetitie ben ik niet bang”, sprak Neeskens zaterdagavond. Maar dan moet NEC toch heel snel een medicijn vinden tegen de deplorabele staat waarin de ploeg verkeert.
Bron: De Gelderlander