Hoewel de eerste klap – ook in de nacompetitie – nog altijd een daalder waard is, werd de magere 0-0 remise tegen De Graafschap in het NEC-kamp bepaald niet als een tegenvaller ervaren.
Aanvoerder Sije Visser: “Laat ik je zeggen dat ik van alle teams in de nacompetitie eigenlijk het meest bang ben voor De Graafschap. De resultaten in uitwedstijden met name hebben bewezen dat die ploeg dan juist op zijn sterkst is.”
“Kijk maar eens hoe ze Heerenveen en FC Den Haag gepakt hebben. Daarom ben ik ook helemaal niet zo ontevreden over dit gelijkspel. Je kon vanavond toch heel goed zien dat De Graafschap een heel goed op elkaar ingespeeld team is met veel beweging mét en zónder bal. Daar hadden we het vaak erg moeilijk mee. Bovendien was hun spel erg goed verzorgd. Voor de verdediging was het daardoor erg moeilijk om openingen te forceren.”
Hartkloppingen
De aanvoerder van de Nijmegenaren bezorgde veel supporters de nodige hartkloppingen met zijn vaak uiterst riskante spelletje. “Ik kwam vaak tussen drie man in te staan en wat moet je dan?, ”zo vroeg Sije Visser zich af. “Je kunt dan alleen maar proberen om op een of andere manier toch uit die situatie te komen. En het oogt nog spectaculair ook. Nou, daar komen de mensen toch voor.”
“De acties van Sije waren gewoon een staaltje van hoge-schoolvoetbal”, voegde Pim van de Meent aan het relaas van zijn verdediger toe. “En dat er dan eens een schoonheidsfoutje inzit, dat neem ik dan maar op de koop toe.”
De Nijmeegse oefenmeester maakte bepaald geen aangeslagen indruk na het gelijkspel in de Goffert. “In de tweede helft hebben we er alles aangedaan om tot scoren te komen. Van de Pol en Hasselbach waren er een paar keer dichtbij, maar het lukte steeds net niet. Vooral in het begin hadden wij het moeilijk met de tactiek van De Graafschap. Ze speelden achterin veel breed en talloze keren terug op de keeper.”
“Later pakten we de zaken wat energieker aan door vroeg te storen. Daarmee lukte het toch om de tegenstander enigszins uit het ritme te halen.”
Oppassen
Pim van de Meent gaf toe dat zijn formatie bepaald niet de rust uitstraalde die in dergelijke wedstrijden eigenlijk noodzakelijk is om de nacompetitie met succes af te sluiten.
“Dit is gewoon toernooivoetbal. En dan moet je vreselijk oppassen dat je in zo’n eerste wedstrijd niet direct met een nederlaag geconfronteerd wordt, want dan loop je het risico dat je er in feite al uitligt. En dat willen we natuurlijk voor alles voorkomen. Bovendien is het een gegeven dat De Graafschap uit vaak beter speelt dan thuis. Via de counter hebben ze in Booy en McNulty twee vreselijk gevaarlijke spelers. Maar ik vind dat we die twee spitsen goed in bodwang hebben gehouden.
Compliment
Dat oordeel werd bevestigd door Graafschap-trainer Sandor Popovic. “Eric van Rossum wist kennelijk precies hoe hij Foeke Booy moest aanpakken. Foeke is eigenlijk niet in de wedstrijd geweest en dat is een compliment aan het adres van Van Rossum,” oordeelde de nieuwe coach van NEC met een glimlach om zijn mond.
In defensief opzicht moest er bij NEC het nodige geschoven worden. Michel Mommertz moest namelijk op het laatste moment afhaken, omdat hij plotseling last kreeg van een peesontsteking.
Michel Mommertz: “Ik snap er niets van. Ineens kon in geen stap meer verzetten. Ik ben dinsdagavond direct na dokter Honig gaan. Maar die kon er ook niets aandoen. Een spuit hielp niet, zei hij. De ontsteking zal alleen maar door rust kunnen genezen. Maar ik hoop er zondag tegen RKC natuurlijk wel bij te zijn. Want ik baal er goed van dat ik nu niet kon spelen.”
Klasse
Sandor Popovic stak na afloop zijn waardering voor zijn eigen team niet onder stoelen of banken. “Kijk,” zei hij, “als je zondag in feite met één been in de eredivisie staat, maar de promotie toch aan je voorbij ziet gaan, omdat FC VVV in de laatste minuut nog scoort dan vind ik het klasse van mijn mannen dat ze toch in staat zijn geweest die kater voor honderd procent weg te werken en hier een punt weg te slepen.”
“In het laatste kwartier hebben we flink onder druk gestaan, maar keeper Brookhuis staat er natuurlijk ook niet voor niets. Bovendien vergeet niet dat wij ook een paar goede mogelijkheden hebben gehad. Denk alleen maar aan die bal tegen de paal van Wildenbeest NEC was in de tweede helft stukken agressiever dan voor de rust, maar we zijn nooit echt in grote problemen geweest.”
Onbegrijpelijk
De start van het duel in het met 9200 bezoekers goed bezette Goffertstadion was voor Graafschap-verdediger Henk Pieneman bepaald niet zoals hij zich dat had voorgesteld.
Al na twintig seconden ging hij dermate hard in op Toon Willemse dat scheidsrechter Ignace van Swieten direct de gele kaart te voorschijn toverde. Sandor Popovic maakte zich er erg kwaad over. “Dat een geroutineerde speler als Pieneman zoiets doet, is voor mij onbegrijpelijk.”
De speler in kwestie gaf ruiterlijk toe dat de gele prent zijn spel in de resterende 89 minuten wel degelijk beïnvloed heeft. “Kijk, met een speler als Hoekman tegen je, weet je dat je enorm moet oppassen dat je niet wéér in de fout gaat. Zou ik nóg een zware overtreding hebben gemaakt, dan zou me dat rood gekost hebben. En dat kon ik de ploeg niet aandoen. Ik heb me verder louter en alleen op Hoekman geconcentreerd en me verder nauwelijks met de opbouw bezig gehouden. “En dat is gelukkig goed uitgepakt.”