Ook het stadion viert verjaardag
Sinds de opening van de Goffert, door prins Bernhard, heeft het stadion in het Goffertpark heel wat doorstaan. Zo werd er drie maal grondig verbouwd, speelde NEC er zijn Europese wedstrijden en is het sinds jaar en dag decor van de vlaggenparade, tijdens de Vierdaagse. Door de verbouwingen is er van het oorspronkelijke Goffertstadion nog maar weinig over. De elementen die de expansiedriften van de Nijmeegse club wel hebben doorstaan, zijn op een hand te tellen. En zelfs deze gaan wellicht verloren nu NEC genoodzaakt is het stadion uit te breiden, of naar een andere locatie uit te zien. De club barst simpelweg uit haar voegen in een onderkomen met een capaciteit van 12.500 toeschouwers.
Nu de plannen voor het nieuwe Topsport- en Innovatiepark concreet worden is het de vraag hoe lang de Goffert nog in de huidige staat te bewonderen is. De kans dat er bij de aanstaande verbouwing of verplaatsing niets overblijft van de laatste herinneringen aan het originele Goffertstadion, is aanwezig. De hoogste tijd dus voor een toer langs de laatste restanten van de oude Goffert, met stadionmanager Theo van Benthum. De voormalige verzorger is sinds de jaren tachtig in dienst bij NEC en heeft de veranderingen van dichtbij meegemaakt. „Mijn herinnering aan de oude Goffert is vooral de sfeer van die oude hoge ruimtes met de metalen hoge deuren. En die heel kleine dug-outs.”
De toren is nu ketelhuis
Als hoogste punt van het stadion valt de toren bij de hoofdingang onmiddellijk op. Bij de verbouwing in 1978 is de hoofdingang tegen de toren aangebouwd, waardoor deze beter ondersteund werd. Dat de toren na al die jaren nog staat mag volgens Van Benthum een klein wonder heten. „ Alles is verschillende malen extra gestut en er zijn meerdere wandjes gezet ter ondersteuning.” De toren wordt nu gebruikt als ketelhuis. Bovenop prijk trots de rood- groen-zwarte vlag.
Oude ingang Hazenkamp is er nog
De oude Hazenkamptribune herbergt een mooie herinnering van Van Benthum aan de oude Goffert. „Dan zat het publiek de eerste helft links en vervolgens, in de tweede helft, gingen ze met z’n allen rechts zitten. Of andersom natuurlijk. Dat lag er aan, op welke helft NEC begon. Dat was mooi om te zien.” In 1978 is de tribune overdekt door het bouwbedrijf van de latere voorzitter Henk van deWater.
Niet veel later volgden aanpassingen uit veiligheidsoverwegingen. Zo werden kilometers hekwerk geplaatst. Nu staat alleen de Hazenkamptunnel, met de Olympische ringen er nog. Van bovenop de tunnel is nog precies zichtbaar waar de oude tribunes stonden, net buiten de muren van het huidige stadion. Van Benthum wijst. „Daar waar de buitenste hekken staan, daar ongeveer begonnen de tribunes. In 1999 is het nieuwe stadion dus in het oude gebouwd.”
De tocht door het stadion leidt vervolgens langs de oude trappen bij de hoofdingang. Van Benthum: „De trappen waren de toegangsroute naar paddock en perstribune. De stijl was bij alle veertien ingangen hetzelfde en vond je ook terug bij de vijver aan de andere kant van het Goffertpark.” Tegenwoordig dient de trap als vluchtroute en nooduitgang van het hoofdgebouw. Onder een van de trappen bevindt zich de hoogspanningsruimte.
Bron: De Gelderlander